Bij het einde van het boekjaar worden hierop pro-rata de kosten geboekt, die pas in een later boekjaar zullen worden betaald, maar die ten laste van het voorbije boekjaar moeten worden gelegd.
Voorbeeld
Op 31 januari moeten de jaarlijkse intresten betaald worden van een schuld. Deze intrest bedraagt € 1200. Op het einde van het vorige boekjaar bedroeg het gedeelte van deze kost die betrekking heeft op dit voorbije boekjaar dus € 1200 x 11/12 = € 1100.
Journaalposten
Bij afsluiten van vorig boekjaar
Debit | 6500 - Intresten | € 1100 |
Credit | 492 - Toe te rekenen kosten | € 1100 |
Bij begin van het boekjaar waarin de factuur ontvangen wordt
Debit | 492 - Toe te rekenen kosten | € 1100 |
Credit | 6500 - Intresten | € 1100 |